door Lucas Catherine

 
Na de speech van de Amerikaanse president Obama heeft iedereen het weer over de stichting van twee staten als oplossing voor het Palestijnse probleem. Om te oordelen of dit nu het probleem echt zal oplossen, moet men ook de andere mogelijkheid onderzoeken: één gemeenschappelijke staat (democratisch of binationaal). En de keuze die men maakt moet een echte oplossing bieden voor alle componenten van dit probleem. Wat is nu de kern van dit probleem? De kolonisatie van Palestina door de zionistische beweging. (zie ook het stuk hieronder: De speech die Obama had moeten geven).

De zionistische beweging was een antwoord op de situatie waarin de Oost-Europese joden toen verkeerden. Ze stelden zich de vraag: wat doen we tegen het antisemitisme en zijn wij een religieus-culturele groep of een Natie?

De officiële stichter van de zionistische beweging is Theodor Herzl, een Oostenrijkse jood die in 1895 Der Judenstaat schrijft en twee jaar later, in 1897 het eerste Zionistische Wereldcongres bijeen roept in Basel. Voertaal is het Duits. De beweging ontstaat trouwens, en zal tot nu toe geleid worden door joden afkomstig uit Oost-Europa die als omgangstaal het jiddish-Deutsch gebruiken. De zionistische beweging is dan ook het kind van wat er dan leeft in Oost-Europa, in wat gemeenzaam ook Jiddisch Land wordt genoemd.

Theodor Herzl

Oost-Europa kende toen een grote opstoot van antisemitisme, met tussen 1881 en 1884 grote gewelddadige vervolgingen (pogroms) in Kiev, Warschau en Odessa. En deze golf van antisemitisme verspreidt zich ook naar West-Europa. Het zionisme zal hier een reactie op zijn, een bizarre reactie want in feite geven zij de antisemieten gelijk wanneer die beweren dat joden hier niet thuis horen.

Hun antwoord op het antisemitisme is kolonialisme: namelijk weg trekken uit Europa naar het mythische vaderland dat tweeduizend jaar geleden bestond en daar gaan koloniseren.

De negentiende eeuw is ook de eeuw waarin het nationalisme als ideologie wordt geboren: In Duitsland met Johann Gottlieb Fichte, Rede an die Deutsche Nation (1808), in Frankrijk met Ernest Renan en zijn “Qu’est-ce qu’un nation” (1882) en de oprichting van nationale staten zoals in België of Griekenland (1830). De zionisten beslisten toen om zich niet louter als een religieus ‘Gods Volk’ te beschouwen, maar als een aparte nationaliteit. Een mythische nationaliteit die verloren is gegaan twee duizend jaar geleden en die tot wat de antisemieten noemen een ‘onnatuurlijk volk’ heeft geleid. Die oude natie moet worden heropgebouwd.

De mythe van de joden als natie werd overtuigend weerlegd door ondermeer de Israëlische professor hedendaagse geschiedenis, Shlomo Sand in zijn “Comment le peuple juif fut inventé”, Fayard 2008.

De mythe van de verloren gegane natie proberen de zionisten in stand te houden door ondermeer hun oorspronkelijke Oost-Europese naam te verloochenen en een nieuwe, zelf gekozen hebreeuwse naam te verzinnen. Zo heet Tzipi Livni oorspronkelijk Benozovitsj; Shimon Peres, Persky; Ariel Sharon, Schönerman, enz…En daar wordt demagogisch gebruik van gemaakt. Zo vertelde Benjamin Netanyahu in zijn speech tot de delegatie van de European Friends of Israël in Jeruzalem op 7 februari 2011 dat hij in zijn kantoor een zegelring bewaart die werd opgegraven naast de klaagmuur en die dateert van 2700 jaar geleden. “Weet u welke naam daarop in het hebreeuws staat?  Netanyahu. Wel dat is mijn familienaam.” Onzin, zijn vader en grootvader droegen de naam Mileikowsky. De naam Netanyahu hebben ze pas zelf verzonnen toen ze naar Palestina immigreerden.

De vorming van deze nieuwe Joodse natie willen ze verwezenlijken door de kolonisatie van hun zogezegde thuisland Palestina.

Het zionisme bezit dus drie componenten: een reactie op het antisemitisme, een negentiende-eeuws nationalisme en kolonialisme. Hiervan is het aspect kolonialisatie dominant omdat het zogezegd een oplossing biedt voor de twee andere componenten.

+++

Shlomo Sand

De eerste stap die het Zionisten Congres dan ook zette was de oprichting van de Jüdische Colonial Bank, later de Jewish Colonial Trust en nog later omgedoopt tot Bank leUmi leIsraël. Palestina is dan nog (tot 1918) onderdeel van het Ottomaanse Rijk en de zionisten zoeken voor hun kolonisatie steun bij de Ottomaanse Sultan. Die heeft daar geen oor naar. Daarop keert Herzl zich in 1898 tot de Duitse Keizer, een bondgenoot van de Ottomanen tot in de Eerste Wereldoorlog, voor patronage. Ook dat lukt niet.
De Britten zullen wel toehappen. Herzl wordt als leider opgevolgd door de Britse jood en chemicus Haim Weizman. Die had tijdens de Eerste Wereldoorlog een belangrijke rol gespeeld bij de aanmaak van chemische wapens voor het Britse leger. Samen met de bankier Lord Rothschild zullen zij van de Britten bekomen dat die het koloniaal experiment van de zionisten steunen.
De Brit die hierbij een grote rol heeft gespeeld is Lord Balfour. Balfour was in 1905 eerste minister en had toen de Aliens Act laten goed keuren. Die was vooral gericht tegen de toevloed van Oost-Europese joden naar Engeland, als gevolg van nieuwe pogroms in hun thuisland. Die Aliens Act wou al die vluchtelingen buiten Groot-Brittannië houden. Balfour verklaarde in het House of Commons toen ondermeer “er is het land een immens ongeluk overkomen door deze immigratiegolf die vooral uit joden bestaat.” En ook nog: “Zij blijven een volk dat zich apart houdt. Ze belijden niet alleen een andere religie dan de overgrote meerderheid van onze landgenoten, maar huwen ook alleen maar onder elkaar”. Hierop had het 7de Zionisten Congres hem uitgeroepen tot “openlijk antisemiet en vijand van heel het joodse volk.”

Deze lord Balfour werd in 1917 minister van Buitenlandse Zaken en zal in een naar hem genoemde Balfour Declaration de zionisten Britse hulp aan bieden bij hun kolonisatie van Palestina, dat net door Britse troepen was veroverd. In 1922 kreeg Groot-Brittannië van de Volkenbond officieel het mandaat om het land als kolonie te besturen.
Hierbij speelden nog andere belangen, dan het ‘wegwerken van ongenode joden uit Oost-Europa’. Engeland zag in de zionisten “een zelfgeorganiseerde groep Europese kolonisten die daar onder Britse bescherming het land konden bezetten.” Zoals Balfours voorganger Lord Chamberlain het formuleerde. En die de strategische route naar India, het Suez-kanaal konden mee bewaken.

En er was – toen al – de olie. Vanaf 1900 waren de oliereserves van Irak bekend. De Britten hadden in 1912 de Turkish Petroleum Company opgericht. Irak viel toen nog onder Turks-Ottomaans bestuur en de Engelsen droomden van een pijpleiding van Mosul (Irak) naar Haifa (Palestina) om zo de aardolie via de kortste weg naar Europa te krijgen. Iets wat ze in 1934 verwezenlijken.

De Britten zullen de zionisten toestaan om een eigen regering te vormen in Palestina, het Jewish Agency en die zal eerst eigen milities, later een eigen leger uitbouwen. Wanneer de Palestijnen in opstand komen tegen het Britse bestuur en de zionistische kolonisatie – en dit gebeurt al direct na de officiële machtsovername door de Engelsen in 1922 – zullen die zionistische milities ingezet worden tegen het Palestijns Verzet. Wanneer tijdens de jaren 1936-1939 de grote Palestijnse revolte om onafhankelijkheid op gang komt, zal het weer het zionistische leger, de Hagannah zijn die als hulptroepen aan de zijde van de Britten vechten. En na de Tweede Wereldoorlog zullen die Europese kolonisten zich sterk genoeg voelen om tegen de Britten, en het Verdeelplan van de Verenigde Naties in, het grootste deel van Palestina militair te veroveren. In 1948 waren de zionisten er maar in geslaagd om slechts 6,7% van de grond op te kopen. De rest van wat de staat Israël werd veroverd met militair geweld, 418 Palestijnse dorpen vernietigd en hun bewoners verdreven. En die kolonisatie gaat nog iedere dag door, in Jeruzalem, in de Jordaanvallei en op de rest van de Westelijke Jordaanoever.

De zionistische kolonisatie heeft drie feiten gecreëerd:

 

* De massale landonteigening van de autochtone Palestijnse bevolking:

Israël binnen de grenzen van 1948 controleerde reeds 78% van historisch Palestina.   Nu is iets meer dan de helft van de Westbank in handen van joodse kolonies, dat maakt dat er voor de Palestijnen maar 10% van hun oorspronkelijk land overblijft.

*De reductie van de meerderheid der Palestijnen tot vluchtelingen door hen de   nationaliteit van hun land te ontnemen. Volgens Badil zijn er nu 7,6 miljoen Palestijnse vluchtelingen, waarvan 4,6 miljoen geregistreerd door de UNO.

* De creatie van een nieuwe hebreeuwstalige natie.

Elke oplossing voor het Palestijns-Israëlisch probleem moet een oplossing bieden aan deze drie feitelijke toestanden.

+++

De Twee Staten-oplossing

 

Een Twee Staten-oplossing houdt maximaal rekening met de rechten van deze nieuwe hebreeuwstalige natie.

Zij biedt geen oplossing voor het grondprobleem: tachtig of meer procent van het land zal zo nog in handen blijven van de 5,7 miljoen joden en de Palestijnen die nog ter plekke wonen, 5,3 miljoen zullen het met het restant moeten doen. De grondrechten van de vluchtelingen die nu buiten historisch Palestina wonen, worden al helemaal vergeten. Trouwens, de Twee Staten-oplossing biedt ook geen oplossing voor het vluchtelingenprobleem. De 7,6 miljoen vluchtelingen zijn afkomstig uit wat nu Israël is en een ‘terugkeer’ zal slechts gedeeltelijk mogelijk zijn naar de Westoever, niet naar hun dorpen en steden van origine. Ook compensatie –zoals voorzien in de Uno-resolutie –  wordt niet ter sprake gebracht binnen de Twee Staten-oplossing.

De Twee-Statenoplossing is slechts ter sprake gekomen na een reeks nederlagen van het Palestijns Verzet (Verdrijving uit Jordanië in 1970-71; Verdrijving uit Libanon)

Daarvoor was het objectief: Een democratische staat met gelijke rechten voor moslims,christenen,joden.

Deze oplossing werd pas afgevoerd in 1988 toen de Palestijnse Nationale Raad de onafhankelijkheid uitriep van de mini-staat Palestina. Iets wat nooit gevolgen heeft gehad op het terrein. Maar toch wordt die oplossing volgehouden vanaf het zogenaamde Vredesproces dat in 1993 in Oslo begon tot nu.

De Een-staat oplossing  

Vreemd genoeg is dit een idee dat in de jaren 1925-1933 door sommige joden werd verkondigd. De twee bekendste hiervan zijn Judah Magnes, de latere president van de Hebreeuwse Universiteit en zijn vriend Albert Einstein.

Judah Magnes schreef toen: “Ik verkies een samenleven met de Arabieren op basis van een redelijke overeenkomst waarbij we beslissen om samen in vrede te leven. Liever dat dan een Joodse Staat.” En Albert Einstein, in zijn autobiografie, Out of My Latter Years: “Judaisme is tegen het idee van een Joodse Staat, met grenzen, een leger en wereldlijke macht.”De zionistische milities hebben hun bedoelingen onmogelijk gemaakt.

Een argument tegen de Een Staat-oplossing is dat dit een terugdraaien is van de geschiedenis naar 1947 en je kan de geschiedenis niet terugdraaien.

Inderdaad, je kan de geschiedenis niet terugdraaien, maar de verdedigers van de Twee Staten-oplossing vergeten dat ook zij de geschiedenis willen terugdraaien, weliswaar naar 1967, maar dat is nu ook al 42 jaar geleden en in die 42 jaar zijn er onomkeerbare feiten gecreëerd :

De feitelijke Een Staat

Israël controleert nu al 42 jaar in de bezette gebieden de grond, het water (daardoor dat het dagelijks verder kolonies kan oprichten), maar ook de financiën via de Civil Administration (geleid door Israëlische militairen), de grenzen, het luchtruim, en de militaire situatie via eigen troepen en via de 13 ‘veiligheidsdiensten’ van de Palestijnse autoriteit (40.000 man!), gecoördineerd door de Amerikaanse Lt. Gen. Keith Dayton (vroeger actief in ex-Joegoslavië).
Daarnaast zijn er de 130 kolonies en 120 Mizpe (look-outs) met 500.000 kolonisten, met elkaar verbonden door 800km joodse wegen, bruggen, tunnels en viaducten. De

kolonisatie zit letterlijk vast gebeiteld in beton. Ook dat kan je niet terugdraaien. Dat zal zo blijven.
Een spiegelpatroon herkennen we in Israël waar 160 Arabische dorpen en steden verbonden zijn door ‘oude’ wegen, dit wil zeggen nog door de Ottomanen en de Britten aangelegd, met tussen hen in joodse dorpen verbonden door joodse wegen. En er is nog steeds een meerderheid van Palestijnen in Noord-Israël met in centraal-Galilea zelfs een meerderheid van 85%. Daarnaast zijn er grote Palestijnse bevolkingsconcentraties in het centrum : Umm al Faham, Kafr Qassam, de Arabische wijken van Jaffa, Ramla, Lydda, Haifa en dan nog eens een concentratie in het zuiden, ten oosten van Beersheba met Palestijnse bedoeïenen.
Ook een reeks fundamentele economische factoren vallen niet te scheiden:

de waterhuishouding: een groot deel van het ‘Israëlische’ water komt uit de grote grondwatervoorraad van Cisjordanië, de markt voor voedings- en andere producten, milieu, tewerkstelling, wegen, havens en luchthavens zijn materie waar enkel een gezamelijke staatsstructuur een oplossing kan voor bieden.

Ook het beheer over Jeruzalem en het recht op terugkeer van de Palestijnse vluchtelingen kunnen maar vanuit een gezamenlijk politiek worden geregeld.

Lord Balfour

Het probleem is dat de bezetter, Israël, nu al deze factoren controleert. Een gezamenlijke staat moet de bezetting opheffen, en zo ruimte scheppen voor de oplossing van deze fundamentele problemen die de kolonisatie van Palestina heeft geschapen.

Er zijn drie types van mogelijkheden binnen de Een Staat-oplossing:

 

De seculiere democratische staat op basis van one man, one vote.Die maakt weinig kans omdat hierbij beide partijen hun etnische, religieuze en nationale identiteiten ondergeschikt moeten maken aan de seculiere staat en er enkel als individuen rechten genieten.

De binationale staat waarin twee etnische groepen een staatstructuur delen, maar verder etnisch en cultureel een grote eigen identiteit blijven bewaren. Voorwaarden hierbij zijn dat:

Politieke vertegenwoordigers van beide groepen samenwerken.

Dat iedere groep een veto behoudt over essentiële zaken.

Een grote autonomie zowel op individueel vlak als voor de groep als geheel.

Iets concreter zou dit kunnen zijn: Palestijns gezag in Gaza, de Westoever en Galilea en joods-Hebreeuws gezag over de rest, terwijl er een economische unie is, een federale paritaire regering en het recht van iedere burger om zich te gaan vestigen in het gebied van de andere en er te werken, maar met respect voor de regionale verordeningen. En tenslotte een gezamenlijk overeengekomen oplossing voor de hierboven opgesomde problemen.

Marwan Barhouti

Een derde, en misschien de meest realistische optie is het ontbinden van de Palestijnse Autoriteit, de annexatie van de bezette gebieden door Israël waar na de Palestijnen dan de strijd kunnen aangaan voor gelijke nationale rechten, zoals de gevangen Fatah leider Marwan Barghouti in 2004 al voorstelde.

Bekende voorstanders van deze Een-Staat oplossing(en) aan joodse kant zijn voormalig minister Moshe Arens, Meron Benvenisti (ex-burgemeester van Jeruzalem) en aan Amerikaans-joodse zijde: Daniel Lazare en de pas overleden Tony Judt, beiden boegbeelden van het immer belangrijker wordende J Street. Een tendens binnen het Amerikaanse jodendom dat zijn identiteit niet langer wil baseren op identificatie met Israël, maar zelf een Amerikaans-joodse identiteit uitbouwen op basis van het humanistisch gedachtegoed dat binnen het jodendom tijdens de Haskala ontstond.

Aan Palestijnse kant zijn dit, buiten Marwan Barghouti, intellectuelen en academici als Saree Makdisi, Sari Nusseibeh en George Bisharat. Ook binnen de Palestijnse gemeenschap in Israël is de gedachte sterk aanwezig.

Welke van de drie varianten ook. De Een Staat-oplossing is de enige die de drie componenten van het probleem grondig kan oplossen: Palestijnse ontheemding, grondroof en wat met de uit kolonisatie ontstane nieuwe Hebreeuws-joodse natie? Het is de enige oplossing die de voor beide groepen essentiële economische belangen kan vrijwaren zonder dat er nog dominantie, onderdrukking  of bezetting is.

 

Wie kan deze oplossing doordrukken?

Het probleem is indertijd ontstaan in Oost-Europa en vanuit het Westen hebben wij tot vandaag deze kolonisatie al dan niet oogluikend toegelaten. Het is dan ook Europa dat het als morele taak heeft deze oplossing door te drukken. Zij hebben er alle (economische) drukkingsmiddelen toe. Israël is immers de facto lid van de Europese Unie.

De Arabische lente die we nu recentelijk mee maken zal zowel de VS als de EU verplichten hun politiek in de regio te herzien en meer druk op Israël uit te oefenen. Een belangrijke rol is hierbij weggelegd voor de joodse gemeenschappen in het Westen, vooral dan de grootste in de VS. En daar zien we inderdaad ook hoopvolle verschuivingen, waar onder invloed van wijlen Tony Judt en anderen J Street een belangrijk nieuw factor is geworden in zo verre dat ze hun joodse identiteit niet langer willen bepalen door identificatie met Israël en zijn politiek, maar op zoek gaan naar een eigen identiteit gestoeld op de humanistische waarden, die sinds de Haskala/Bildung (Verlichting) binnen het Europese jodendom waren opgedoken.

Lucas Catherine

Israel Defense Force (IDF)